Westland


De groentetuin van de wereld


Microklimaten geperfectioneerd door de eeuwen heen

Voor Dutch Cuisine zijn groenten het belangrijkste ingrediënt van de maaltijd. Dutch Cuisine streeft naar de zogenaamde 80/20 richtlijn: 80 procent van de maaltijd bestaat uit plantaardige producten en 20% uit dierlijke. Groenten krijgen daarmee een welverdiende hoofdrol in een gerecht. Groenten vormen een belangrijk onderdeel van ons culinaire erfgoed. We hebben een lange traditie in het eten van groenten. 

Het is toch heel bijzonder dat zo’n klein landje als Nederland, een grote producent is op het gebied van landbouwproducten, zelfs het tweede landbouwexportland ter wereld. In het Westland komt de innovatieve kant van ons volkje volop tot uiting. Tijdens deze Dutch Cuisine route gaan we ontdekken wat ons grote geheim is op het gebied van groenten en fruit, hoe dit is ontstaan, en op welke producten we meer dan trots mogen zijn.

1

Westlanddek

Westland, de glazen stad

Tussen Den Haag, Rotterdam en Delft ligt Westland, gevormd door de gemeenten de Lier, ’s Gravenzande, Monster, Naaldwijk en Wateringen. De streek heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de tuinbouw.
Terwijl het gebied in de middeleeuwen nog bestond uit veen met wat kreekruggen, werd in verloop van tijd klei afgezet omdat de zee meer toegang had tot het gebied, het zogenaamde Westlanddek. Zeer welkome vruchtbare klei. Terwijl in het Groene hart en het Gooi de grond of te moerassig was (turf) of niet vruchtbaar genoeg (zand), was de grond van Westland juist uitermate geschikt voor landbouwproducten zoals asperges en tulpen. Daarom was al in de 14e eeuw gespecialiseerde tuinbouw mogelijk.

Door de ligging aan zee was er in het Westland een klimaatvoordeel, waardoor de Westlandse tuinders hun oogst eerder op de markt konden brengen en men hogere prijzen voor de producten kreeg. Dit vervroegen van de oogst werd verder geperfectioneerd door het bouwen van kassen. De tuinbouw maakte vanaf 1920 een enorme groei door, waarbij vrijwel het gehele gebied volgebouwd werd met kassen. Zo ontstond de "Glazen Stad".
Vanaf de 17e eeuw speelde Westland een belangrijke rol in de tuinbouw, vanaf de 19e eeuw is tuinbouw de belangrijkste inkomstenbron en vandaag de dag zelfs het belangrijkste (glas)tuinbouwgebied ter wereld.

To Do

Microklimaat door glastuinbouw

Westlands Museum

Door de toepassing van glas creëerden Westlanders microklimaten. De succesvolle glastuinbouw in het Westland toont aan hoe effectief dat is. In het Westlands Museum zijn de verschillende tuinbouwteelten te ontdekken en de belangrijkste typen kassen. Ook is er een reconstructie van een Westlands tuinbouwbedrijf in het verleden.

Bekijk

Buitenplaatsen als goede afzetmarkt voor tuinbouw

Gouden Eeuw

Toen we in de 17e eeuw de Gouden Eeuw beleefden, kwam de doorbraak voor het Westland. Rondom buitenplaatsen bevonden zich prachtige tuinen, waar siergewassen en ook groenten en fruit werden gekweekt. Hiervoor was veel tuinpersoneel nodig en daarom ziet men dit als het begin van de ontwikkeling van de tuinbouw in het Westland. Goede kwaliteit groenten en fruit en ook exotische bloemen, bekend van 17e-eeuwse stillevens, hadden grote aftrek. Er was veel vraag naar bijzondere gewassen, in de tuin en op het bord. In ons koude kikkerlandje zochten we daarom naar manieren om microklimaten te creëren. Zo konden we fruit als perziken en druiven tegen beschutte slangenmuren laten groeien Dit gebeurde vaak bij de buitenplaatsen van de rijke stedelingen. Een beschut hofje gaf ook vaak net even een iets milder klimaat, dit zag je in de steden of bij kloosters. Het Westland is vooral bekend vanwege het gebruik van glas om microklimaten te creëren.

Het Westland beschikte over goede en snelle vaarverbindingen met de omliggende steden. Daarmee profiteerde Westland van de groei van de steden. Daarnaast zorgde de aanwezigheid van diverse kloosters en het hof van draagkrachtige graven van Holland in Den Haag voor een goed afzetgebied.
Het transport vond per schip plaats, via het model ‘Westlander’. Dus een ligging aan goed vaarwater was essentieel. Aan het einde van de 19e eeuw konden de producten ook via het spoor naar verder liggende steden, of naar het buitenland (met name Duitsland) worden vervoerd. Na de Tweede Wereldoorlog ging transport vooral over de weg.

Druiven, Westlands roem

Gemetselde muren voor goede oogst

De truc in de teelt van druiven, maar ook peren en perziken, waren gemetselde muren. Op de zuidoostzijde plantte men de fruitbomen, zodat ze optimaal van het gecreëerde microklimaat konden profiteren. Achter de muren stonden elzen, populieren of wilgen als extra windvanger. Vanaf de 18e en 19e eeuw werd deze methode populair en werden er veel muren geplaatst.
Met mest, per schip aangevoerd vanuit Schiedam en Delfshaven, ontstond vruchtbare tuinbouwgrond. Zand werd toegevoegd, afkomstig van het afgeesten van de droge zandgronden (achter de duinen). Dit zand zorgde voor een goede afwatering en de mest voor vruchtbaarheid. Dit was de kritische succesfactor voor de tuinbouw, terwijl de geestgronden een goede bodem werden voor bloembollenteelt.

Glas als grootste doorbraak
Fruitmuren brachten al verbetering in de teelt, maar door het toepassen van glas, werd het fruit beter beschermd tegen wind, hagel, teveel regen en nachtvorst. De afhankelijkheid van het klimaat werd kleiner en oogsten mislukten daardoor minder snel. Ook konden meer exotische gewassen geteeld worden. De ontwikkeling ging in fasen: het plaatsen van schietramen, daarna lessenaren, de kopkas, de serre en als laatste de verwarmde kas rond 1900. De druiventeelt groeide door deze ontwikkeling. Ook perzik, pruim, meloen en tomaat en komkommer werden zo geteeld. De oppervlakte was in 1912 224 hectare (ha), in 1930 was 100 ha van de 3600 hectaretuingrond bedekt met plat glas, 800 ha met staand glas, waarvan 230 verwarmd. Tussen 1930 en 1950 nam de oppervlakte glas met 40% toe tot 1300 ha, waarvan 20% verwarmd.

Het creëren van microklimaten

Over Villa Suburbana’s en prinsenhoven

Een microklimaat kan op diverse manieren ontstaan. Het kan ontstaan zijn door een bepaalde ligging in het landschap, waar je handig gebruik van maakt, het kan gecreëerd worden door de beschutting van huizen om een perceel heen, zoals een hofje, zoals in de Prinsenhoftuin in Delft.

Villa Suburbana
De meest eenvoudige vorm van een microklimaat is door het ontstaan van de natuur zelf: een zeeklimaat met beschutting van duinen gecombineerd met slim gebruik maken van de natuur. Dichter en raadspensionaris Cats creëerde met behulp van het landschap zijn eigen microklimaat in het gebied van Zorgvliet (vroeger Sorghvliet). In 1643 kocht hij grond aan in de duinen tussen Den Haag en Scheveningen, waar de Haagsche Beek door stroomde. In de kuststrook zorgt de zee voor mildere winters en koelere zomers. Maar, op arme zandgrond kan je weinig verbouwen. Dus gebruikte hij het water uit de beek om zijn land te bevloeien, en mengde hij de bagger uit de beekbedding met het fijne duinzand, en verkreeg daarmee een goede vruchtbare grond. Het teveel aan zand gebruikte hij weer om dijken aan te leggen. En zo toverde hij dorre duinen om tot lustoord, het eerste Hollandse Villa Suburbana, naar Italiaans voorbeeld. Helaas overleed Cats al vrij snel, in 1660. Daarna kende Zorgvliet meerdere eigenaren. Nu is het een villapark met monumentale villa’s. Het voormalige Huis Sorghvliet is nu beter bekend als het Catshuis, de ambstwoning van de minister-president.

Microklimaat door hofjes

Prinsenhoftuin Delft

De middeleeuwse besloten tuin is een goed voorbeeld van een kloostertuin met een microklimaat door de ommuring. Het was een sier- en nutstuin, er werden hier kruiden, groenten en fruit gekweekt. De Hollandse kruidentuin is nu nog te bewonderen. Het centraal geplaatste standbeeld van Willem van Oranje geeft aan dat ook hier Willem van Oranje heeft gewoond. In de middeleeuwse Prinsenhoftuin had hij hier zijn hof ingericht tot hij in 1584 hier werd vermoord.

Bekijk

Tomeloze tomatenteelt

Nederland als koploper in tomatenexport

De tomaat is waarschijnlijk via kloosterlingen uit Peru naar Europa meegebracht en had een wisselende reputatie. In het Latijn werd de tomaat in de middeleeuwen de ongezonde appel genoemd, ‘mala insana’, terwijl hij in het Frans bekendstond als de gouden appel of de liefdesappel, wellicht vanwege het geloof dat de tomaat uitnodigt tot wellust. In de eerste helft van de 16e eeuw is de tomaat al gezien in Italië in de zo bekende tomatensauzen of in de sla.
Na de Tweede Wereldoorlog stootte de tomaat de druif van de troon in Westland en werd ‘mala insana’ het belangrijkste product, op de voet gevolgd door de komkommer. Nederland is koploper in de wereld in tomatenexport. We produceren erg hoge opbrengsten per vierkante meter.

Koppert Cress

Tintelende smaakbommen

Microklimaat met microgroenten met een zinnenprikkelende smaak, zo zou je de cressen van Koppert Cress kunnen samenvatten. Chefs, restaurants, cateraars en hotels zijn gek op deze tintelende smaakbommen. Koppert Cress is gespecialiseerd in ‘Cressen’, zaailingen van unieke planten, met elk hun eigen, verrassende invloed op de zintuigen. Smaak, geur, gevoel of presentatie, er is een cress voor alle toepassingen. De namen spreken al enorm tot de verbeelding, de cressen zelf doen het water in je mond lopen. Een selectie: anise blossom, bean blossom, blinq blossom, citra leaves, dushi button, hippo tops, kikuna leaves, oyster leaves, sweet lov en venus vase.

De innovatieve aanpak heeft Koppert Cress naast fans ook prijzen opgeleverd. Al meerdere keren werd de AGF Innovatie Award overhandigd door een jury van vakgenoten in de Nederlandse groente-industrie. Verder ontving het bedrijf de titel ‘Honourable member of les Amis Saisonnier’ door Culinaire Saisonnier, de verkiezing tot ‘Man van het Jaar in de AGF 2006’ door het Vakblad AGF, de internationale erkenning met de begeerde ‘Premo Internacional Martiko a la callidad del producto’, tijdens de ‘Lo Mejor de la Gastrononia’ in San Sebastian.

Nationaal park Hollandse Duinen

Complexe veelzijdigheid

Het Nationaal Park Hollandse Duinen is een 43 kilometer lang en 8,5 kilometer breed park van Hoek van Holland tot Langervelderslag.
Onderdeel van het park zijn De Van Dixhoorndriehoek, Vinetaduin, het Spanjaardsduin, Solleveld en de Kapittelduinen.
Het is een divers landschap van strand, landgoederen, duinen, bollenvelden, veenweiden, dorpen en steden. Met een beetje geluk zie je vossen, reeën en zeehonden. En dat midden in het drukst bevolkte gebied van Nederland.
Kenmerkend voor dit landschap is de compacte veelzijdigheid. Het is meer dan alleen natuur. Het is een mix van natuurlijke en door de mens gevormde landschappen, en dat maakt het juist zo Hollands. De wisselwerking tussen mens en natuur ervaar je in de resultaten van onze strijd tegen het water. Soms gaat het landschap geleidelijk over in een andere. Via het Haagse Bos reikt de natuur bijna tot aan het station Den Haag CS. Rechtlijnige bollenvelden grenzen aan grillige meertjes. Open stranden vormen een welkom rustpunt voor de drukke stedeling.

Westland als motor in de aardappelpopulariteit

Al wordt stamppot vaak in één zin genoemd met de Nederlandse dis, toch is de aardappel pas vanaf laat 16e eeuw in ons land. Vanaf 1593 kwam Nederland in aanraking met de Zuid-Amerikaanse aardappel. In een periode waar botanie zeer in de belangstelling stond, werd de eerste aardappel in de botanische tuin van Leiden geplant en onderzocht en gezien als geneeskrachtige plant. De aardappel komt in het wild voor hoog in de bergen van Centraal Mexico, en van Peru tot Bolivia en groeit dus goed in een koel klimaat.
Rond 1600 was de aardappel vooral bekend bij de Europese elite, maar de knol was niet echt populair. De aardappel werd op een geheel andere wijze populair bij de bevolking dan de andere exoten. Het is een stijgend cultuurgoed dat juist vanuit de arme bevolking is geadopteerd om pas later (1800) populair te worden onder de gehele bevolking.

Westland speelde een belangrijke rol in de verspreiding van de aardappel. Vooral de Westlandse bodem was zeer geschikt voor het verbouwen van aardappelen. Eind 19e eeuw was de aardappel een standaard onderdeel in de Nederlandse keuken geworden.
De eerste grootschalige teelt in Westland was die van aardappelen en dan met name de vroege aardappelen, die geëxporteerd werden naar Engeland. Door geknoei met kwaliteit en kwantiteit en later concurrentie van Malta en de Kanaaleilanden ging deze handel op Engeland verloren. Op de zandgronden bij Monster en 's-Gravenzande ging men daarna asperges en bloembollen telen

Honey highway

Breng de bijen terug

Zonder bijen geen bestuiving van groenten en fruit. Mensen hebben bijen nodig om groenten en fruit te bevruchten, ze staan aan het begin van onze voedselketen. Maar de bijen staan onder druk, daar maakt de wereld zich zorgen over want er zijn veel te weinig bloemen. Dit probleem is niet nieuw, veel organisaties en mensen zijn ermee bezig.
Daarom heeft Deborah Post, biodynamische imker, het project Honey Highway gestart. Er zijn genoeg bermen om streekeigen wilde bloemen in te zaaien. Honey Highway is een initiatief waarbij de bermen van Rijkswegen, Provinciale wegen, Spoorrails en Waterdijken ingezaaid worden met Honey Highway meerjarig streekeigen wilde bloemenzaden (44 soorten) afgestemd op de grondsoort en omstandigheden. De bermen van Rijkswegen, Provinciale wegen, Spoorrails en Waterdijken zijn uitermate geschikt omdat dit, op natuurgebieden na, de enige onbespoten schrale grond is. De rest van Nederland is eiwitrijk raaigras voor grote melkproductie en de grond is volgespoten met (kunst)mest en gif van spuitmiddelen.
De bermen worden onderhouden zodat er een natuurlijk evenwicht ontstaat. Zodat bijen voldoende voedsel kunnen verzamelen over zo lang mogelijke periode om overwinteren mogelijk te maken. Basisschoolkinderen en scholieren worden betrokken bij het inzaaien. Wij hebben de kennis voor een blijvend paradijs voor bijen: Nederland tot een voorbeeld van de oplossing maken. Het begin is A4 Honey Highway Delft-Schiedam. Lees meer over Honey Highway en het terugbrengen van de bij op
honeyhighway.nl. Deborah organiseert ook Bijendiners, Bijlessen, biodynamische imkercursussen en lezingen op Landgoed Op Hodenpijl.

To Taste

Op adem komen op een Buitenplaats

Op Hodenpijl

Kom volledig tot rust Op Hodenpijl tijdens een kort bezoek of een hele dag. Dirk en Tilly Post kochten na een wandeltocht naar Santiago de Compestella de leegstaande kerk aan de Rijksstraatweg in Schipluiden. Ze wilde graag een plek creëren voor bewuste levensgenieters en restaureerden de kerk. Op Hodenpijl is uitgegroeid tot restaurant, cultuurkerk, trouw- en rouwlocatie, centrum voor gezondheid en welzijn, vergaderplek en boerderij.

Bekijk

Groenten al eeuwen culinair erfgoed

Groenten al vroeg onderdeel van onze maaltijd

Karel de Grote liet al in de 8e eeuw sla, waterkers, snijbiet, raketsla, komkommer en venkel verbouwen. Ook abdijen en kloosters waren al vroeg bezig met moestuinen, naast groenten kweekten ze ook medicinale kruiden. Dat was ook in Westland, de uitstekende grond zorgde voor een diverse teelt van (stoof)peren en (moes)appelen, aalbessen, kruisbessen, kersen, perziken, pruimen en druiven. De druif werd waarschijnlijk voor wijn geteeld. In de 16e eeuw werden de kastelen vaak tot buitenplaats omgevormd.
In de middeleeuwen verbouwde de gewone man ook veel in zijn moestuin, zoals tuinkers, waterkers, prei, uit, biet, kervel, peterselie, postelein, spinazie, venkel en veel kruiden. In de middeleeuwen at de gewone man veel dikke soepen of stoofpotten met groenten en granen en soms wat vlees.

Varend Corso
Elke zomer toont het Westland haar producten in een jaarlijks terugkerend evenement met prachtige bloemen en planten en groenten in de hoofdrol. Drie dagen lang vaart de stoet door o.a. het Westland, Schipluiden, Maassluis, Den Haag, Delft en Vlaardingen. Een uniek spektakel.

To Top