Het Gooi


Gouden-eeuwse allure in een illusie­landschap


Voorname buitenplaatsen en landgoederen

Waan je in de Gouden-Eeuwse allure met deze Dutch Cuisine Route. Wandel door de indrukwekkende landgoederen, ontdek slangenmuren met weelderig fruit of vaar over het eerste Natuurmonument, het mooie Naardermeer. Ga terug in de glorietijd van Nederland in deze route.

In ’s-Graveland kun je zien dat de stedeling in de 17de een 18de eeuw meer deed dan schilderen, ze bouwden ook meesterwerken! Van een wild stuk land met zandbulten en moerassen, omgeven door veenplassen, bouwden de notabelen uit Amsterdam, waaronder de dichter P.C. Hooft, vanaf 1625 voorname buitenplaatsen, en volgden daarbij nauwgezet de mode en technieken van de Renaissance.

Ontdek dit illusielandschap, met plotselinge veranderingen zoals een open heidegebied, een mooie zichtas of een ogenschijnlijk gesloten bosgebied. Het is een verstedelijkt gebeid, maar toch oogt het als een aaneengesloten natuurlijk gebied, een illusielandschap dus.

1

Arcadisch landschapsideaal

GOUDEN-EEUWSE ALLURE

De rijk geworden stedelingen in de Gouden Eeuw wilden ’s zomers een domicilie op het platteland. Ze ontgonnen gebieden in ’s-Graveland, en gebruikte veel afgegraven zand voor de aanleg van de grachtengordel. Met tuinarchitectuur boden zij tegen elkaar op in rijkdom. Maar, terwijl in de tweede helft van de 18de eeuw de landgoederen bij de Vecht vaak in verval raakten, gebeurde dit hier niet. De nieuwe mode van het Arcadische landschapsideaal, paste juist goed bij de hoge zandgronden met hun heuvels en vergezichten.

In dit unieke gebied contrasteren de geometrische patronen van de buitenplaatsen van ’s-Graveland (lineaire opbouw) en de Vesting Naarden (schootsvelden) met de meer natuurlijke heidevelden en bossen. Op de flanken van de stuwwallen zijn restanten van engen (verhoogde akkers) te vinden. Het onregelmatig patroon van uitwaaierende wegen op de stuwwal is nog herkenbaar in de bebouwingsstructuur van de dorpen, en zichtbaar in de zandpaden op de heidevelden.

To Do

Engels Landschapspark

Buitenplaats Schaep en Burgh

Trek je wandelschoenen aan voor een wandeling op de buitenplaats Schaep en Burgh. De buitenplaats ligt statig en voornaam aan het Noordereinde in 's-Graveland.

Bekijk

Stuwwallen en smeltwaterwaaiers

RELIËF EN CONTRASTEN

Het landschap in ‘s-Graveland bestaat uit twee met elkaar verbonden stuwwallen en kent veel hoogteverschillen. Met 36,4 meter is de Tafelberg het hoogste punt van Het Gooi. Door smeltwater van de gletsjers ontstonden voor de stuwwallen smeltwaterwaaiers (Bussumerheide, Westerheide en Spanderwoud). Later zijn door erosie dalen gevormd en is in de laatste IJstijd dekzand afgezet.

Dit gebied is heel bijzonder! Er is een grote verscheidenheid van relicten uit de ijstijden en er zijn ook sporen van vroege bewoning gevonden (grafheuvels en raatakkers uit de Bronstijd en IJzertijd). Aan de noordwest- en noordoostzijde liggen restanten van (buitendijkse) hooilanden aan de voormalige Zuiderzee (Naardermeent, De Kampen). Aan de oostzijde is een heldere overgang naar het lagergelegen veenweidegebied van Eemland. Het reliëf maar ook de contrasten tussen de hogere zandgronden met de bossen en heidevelden en de lagere veengebieden is kenmerkend.

Vestingstad en oudste natuurmonument van Nederland

SCHAKEL TUSSEN HET OOSTEN EN DE HOLLANDSE STEDEN

Vanaf de 13de eeuw vormde de strategisch gelegen stad Naarden een belangrijke schakel tussen het oosten en de Hollandse steden. Eind 17e eeuw werd de bestaande vesting uitgebreid met de kenmerkende vestingstructuur en vanaf dat moment werd deze vesting onderdeel van de (Oude en later Nieuwe) Hollandse Waterlinie. Uit die tijd stamt ook de trekvaart naar Amsterdam.

Het Naardermeer is het oudste natuurmonument in Nederland. De moerasbossen en rietlanden met ondiepe plassen bieden veel dier- en plantensoorten een goede leefomgeving. Hier leven onder andere ringslangen, noordse woelmuizen en reeën. Vanuit de boot heb je de kans om onder andere purperreigers, visdiefjes, baardmannetjes, purperrijgers en ijsvogels te spotten. Vogelliefhebbers kunnen hun hart ophalen in het Naardermeer. Er broeden hier meer dan 75 soorten. Met vijf observatiepunten valt altijd iets te ontdekken.

Landgoedlunch tijdens de wandeling, fietstocht of vaartocht

Gasterij Stadzigt

Aan het Naardermeer is het goed toeven bij Gasterij Stadzigt. Deze verborgen parel is een perfecte pauze tijdens de wandeling rond het Naardermeer.

Bekijk

Mens als middelpunt van de natuur

RENAISSANCEPRINCIPES

Tijdens de renaissance ontwikkelde de tuinontwerper zich als professional, en ontwierp tuinen volgens mathematisch onderbouwde plannen. Wetenschappers als natuurwetenschappers, architecten en wiskundigen maar ook tuinarchitecten hadden groot aanzien. Er ontstond een andere houding ten opzichtte van de natuur. Dat is ook te zien in de schilderkunst (er wordt een correct perspectief gebruikt). Vooraanstaande jonge Nederlanders maakten vaak een ‘grand tour’ na afsluiting van hun studie, vooral naar Frankrijk en Italië om de klassieke cultuur en Italiaanse renaissance te bestuderen. De belangrijkste verandering is de veranderde instelling tot het begrip natuur: de mens is zelf het middelpunt van de natuur, en drukt dat uit in het veelvuldig gebruik van symmetrische patronen. We analyseren het buitenleven en de botanie en willen het beheersen.

La Dame aux camelias

Camelia als mode pronkstuk

Hendrik Bicker bouwde rond 1725 een huis met moestuinen op Hilverbeek, in symmetrische aanleg. Vanaf 1826 is de buitenplaats Hilverbeek in handen van Hendrik Six en zijn nazaten. De Nederlandse familie Six behoorde eeuwen tot de bovenlaag van de maatschappij. Hendrik Six legt een parkbos aan in landschappelijke stijl met heuveltjes, kronkelige paden en waterpartijen. Exotische planten waren in die tijd in de mode en ook Six deed hieraan mee.

In de eerste helft van de 19de eeuw introduceerde H. Six met veel succes hier de eerste camelia’s, een theeplant uit Azië. Hij was niet de eerste (al in de 17de eeuw zagen we camelia’s in oranjerieën) maar halverwege de 19e eeuw was het echt een modeplant voor de elite. Vooraanstaande dames tooiden hun kleding en haar met camelia’s en pronkten zo met het vakmanschap van hun tuinbazen. Beroemd was het toneelstuk “La Dame aux camelias’ van Alexandre Dumas in 1848.

Wisenten, kangaroes en gnoes

EXOTISCHE DIEREN EN PLANTEN

Gooilust is in 1778 gebouwd door Gerrit Corver Hooft. Een bijzonder landgoed, maar het werd pas écht interessant toen in 1895 Frans E. Blaauw, telg van een koopmansgeslacht en amateur bioloog, op Gooilust kwam wonen. Met het geld van zijn schatrijke vrouw Digna Louise Six, startte hij een plantentuin met bijzondere gewassen en een exotisch wildpark. Europese bizons, kangaroes, struisvogels, Japanse reigers en trompetzwanen liepen hier rond in ruim omheinde weiden. Hier broedde het laatste paartje van de trompetzwaan. In 1909 had Blaauw hier 394 diersoorten verzameld. Ook plantte hij bijzondere bomen en heesters afkomstig uit de Andes, Patagonië en de Atlas. Zijn ‘dierentuin’ was uitsluitend opengesteld voor hoog bezoek, zoals de hertog van Bedford en andere vorsten en aristocraten.
Helaas gooide een chemische fabriek roet in dit paradijs, en dit overleefden de bijzondere watervogels niet. Toen Blaauw zelf ook overleed, overleed de ziel van Gooilust.

Kortenhoefse polder als inspiratie

GEESJE MESDAG VAN CALCAR

Geesje van Calcar is een kunstenares. Zij volgde tussen 1878 en 1882 de opleiding aan de Academie Minerva in Groningen. Daarna volgde ze lessen bij Paul Gabriel in Brusssel. In 1882 trouwde ze met bankier en schilder Taco Mesdag en vestigden zich in Den Haag. Ze verbleven ook vaak in hun Drentse zomerverblijf. Naast Scheveningen en Drenthe was Kortenhoef – buurdorp van ’s-Graveland, ook een inspiratiebron voor haar. In 1904 liet ze in Kortenhoef een atelier op palen boven het water van de Kortenhoefse plas bouwen. Tijdens haar verblijf in Kortenhoef overnachtte en dineerde ze in het nabijgelegen schilderslogement, het Rechthuis. Vaak ging ze samen met collega’s nog een avondwandeling maken door de polder van Kortenhoef.

Basis voor het Gooi

BOEKWEIT

Boekweit groeide al sinds de middeleeuwen op de arme zandgronden in het Gooi en was een belangrijke voedingsbron. Boekweit vormde de basis voor het ontstaan van de zes Gooische dorpen Blaricum, Laren, Hilversum, Huizen en Naarden. Boekweit is terug te vinden in de Gooische vlag of wapen. Vandaag is boekweit weer in de aandacht, omdat het doordat het glutenvrij is beter verdragen wordt.
Boekweit was tot een eeuw geleden een veelgebruikte voedselbron. Boekweit lijkt op graan maar is het niet. De boekweitplant is verwant aan rabarber, varkensgras en veldzuring. Omdat het gewas erg weergevoelig is, zijn veel boeren vanaf 1920 er mee gestopt het grootschalig te verbouwen. Een enkele nachtvorst is al desastreus voor de oogst.  

Natuur als een verbonden geheel

BIOLOGISCH DYNAMISCHE LANDBOUW

Biologisch dynamische landbouw is een vorm van biologische landbouw die gestoeld is op de antroposofische principes van filosoof Rudolf Steiner. Er wordt een holistische kijk op de natuur en het boerderijleven gehanteerd. De natuur wordt gezien als een verbonden geheel. Zo is dus ook landbouw verbonden met klimaat, bodemvruchtbaarheid, watervervuiling, biodiversiteit en luchtkwaliteit. Steiner stelde de industrialisering van de landbouwsector als een van de eersten ter discussie en stond achter zelfvoorzienende landbouw. Nederland telt 122 gecertificeerde biodynamische boerderijen. Zij mogen het keurmerk Demeter hanteren.

Franse Renaissance invloed

HISTORISCHE FRUITMUREN

Er waren ooit 41 fruitmuren in Nederland, nu zijn er nog maar 30 over. Op diverse plekken in ‘s-Graveland vind je bijzondere historische fruitmuren terug. Op de landgoederen Schaep en Burg, Boekesteyn en Spanderswoud kan je deze bijzondere stukjes cultuur terug vinden.
De Nederlandse fruitmuren zijn vooral in de 17de en de 18de eeuw gebouwd om te experimenteren met fruitrassen die het onder normale omstandigheden in ons relatief kille landje niet zouden redden. Het waren de Hugenoten die het fenomeen fruitmuur introduceerden in de Nederlanden. Ze waren geïnspireerd door de 'uitvinder' van de fruitmuur: de meestertuinman van Lodewijk XIV, Jean Baptiste de la Quintinie. De La Quintinie legde in Versailles voor Lodewijk XIV een fruittuin aan die hem beroemd maakte.

To Top